Wi-Fi is een standaard voor draadloze gegevensoverdracht, waarvan het signaal wordt verzonden via een speciaal apparaat dat een router wordt genoemd. Verbinding met een Wi-Fi-netwerk wordt uitgevoerd met behulp van een netwerkkaart die is geïnstalleerd in een computer, een USB-module of een modern mobiel apparaat.
instructies:
Stap 1
Wi-Fi wordt geconfigureerd via een router (router) - een apparaat dat een bekabeld signaal van een glasvezelnetwerk of modem omzet in een draadloos signaal. Om een toegangspunt te maken, moet u een internetkabel in de WAN-poort van de router installeren en de juiste instellingen maken. Als uw computer geen ingebouwde netwerkkaart heeft waarmee u met draadloze netwerken kunt werken, kan de router met een speciale kabel worden aangesloten via de PC1-PC5-poorten.
Stap 2
Nadat de router is aangesloten, moet u deze configureren in overeenstemming met de gebruiksaanwijzing en de netwerkparameters die door uw provider zijn verstrekt. Om de verbinding te configureren, moet u meestal een browser openen en een internetadres zoals 192.168.0.1 of 192.168.1.1 invoeren om het configuratiescherm van het apparaat te openen. Na het invoeren van de gebruikersnaam en het wachtwoord van de beheerder, kunt u de beschikbare functies gebruiken om de instellingen te wijzigen.
Stap 3
Als u Wi-Fi wilt gebruiken via een computer met het Windows-besturingssysteem, klikt u met de linkermuisknop op het pictogram voor de internetverbinding rechtsonder op de monitor. Selecteer het juiste toegangspunt uit de beschikbare toegangspunten voor verbinding. Voer indien nodig het verbindingswachtwoord in en klik op "OK". Als de gegevens correct zijn ingevoerd, kunt u een draadloze verbinding gebruiken en internetpagina's openen via een browser.
Stap 4
Evenzo wordt de verbinding met een Wi-Fi-netwerk uitgevoerd in besturingssystemen van de Linux-familie. Klik in de rechterbovenhoek op het verbindingspictogram. Selecteer in de lijst uw draadloze netwerk en klik vervolgens op "Verbinden". Voer indien nodig het netwerkwachtwoord in en klik op Verbinden.
Stap 5
Als u uw mobiele apparaat wilt gebruiken om toegang te krijgen tot internet via een draadloos protocol, gaat u naar het overeenkomstige item in het instellingenmenu. Om Wi-Fi op Android in te schakelen, veegt u omlaag en tikt u op het Wi-Fi-pictogram bovenaan het menu dat verschijnt. Om een actief toegangspunt te selecteren, houdt u uw vinger 1 seconde op het pictogram. U ziet het menu voor verbindingsinstellingen. Klik op de regel met de naam van de gewenste verbinding en selecteer "Verbinden" door het juiste wachtwoord in te voeren.
Stap 6
Om de verbinding in iOS te activeren, veegt u omhoog op het startscherm en selecteert u vervolgens de Wi-Fi-optie. Activeer de draadloze verbinding. Geef in de lijst met beschikbare netwerken die verschijnt uw toegangspunt op en voer het vereiste wachtwoord in. Nadat u de verbinding tot stand heeft gebracht, kunt u internetten vanaf uw mobiele apparaat.